In veel gesprekken waar een gespannen sfeer hangt hoor ik vaak deze quote: ik ga zeggen waar het op staat! Het is een uitspraak die mij altijd erg intrigeert: wat zeg je dan, als je zegt waar het op staat? En hoe zeg je dat? Twee voorbeelden.
In een gesprek over een samenwerking reageerde de zoon in de richting van vader over de investeringsbereidheid van vader: “Op dit bedrijf is de laatste 10 jaar al veel te weinig gebeurd. Steeds worden initiatieven van mijn kant tegengehouden en zo krijg ik geen levensvatbaar bedrijf naar de toekomst. Wij staan stil en iedereen gaat vooruit. Alle ideeën die ik opper worden de kop ingedrukt en niks is goed. Het moet maar eens stoppen dat jij alles tegenhoudt.”
In een ander gesprek ging het over een soortgelijke problematiek waarbij de beoogde opvolger in de richting van zijn vader spreekt: “Ik vind het moeilijk worden. Ik zie dat wij bepaalde stappen niet zetten die naar mijn mening nodig zijn, zodat ik straks een levensvatbaar bedrijf zou kunnen overnemen. Daar heb ik zorgen over en ik vraag me af hoe het verder moet naar de toekomst toe.”
Zeggen waar het op staat wordt vaak geassocieerd met het geven van duidelijkheid. De twee voorbeelden geven aan hoe verschillend dat eruit kan zien. In de eerste situatie uit de zoon vooral zijn frustratie, en dan met name ten opzicht van vader die in zijn ogen de oorzaak is van de problemen. In de tweede situatie geeft de opvolger zijn zorgen aan over de toekomst.
In beide situaties wordt gezegd waar het op staat. En uit beide voorbeelden wordt één ding in ieder geval duidelijk: in het ene geval is een heel ander gesprek nodig dan in het andere.
Thijs Tacken, Agrimediator